In april zingt hij weer, de Blauwborst.
Zoals alle trekvogels vullen ze de eerste dagen na aankomst met eten. De trek vanuit Spanje of West-Afrika rond half maart heeft veel energie gekost en het voedselaanbod is nog karig.
Naarmate de conditie verbetert, wordt er meer gezongen. Er moet natuurlijk een vrouwtje worden veroverd! Nadat ze zijn gepaard wordt door de mannetjes minder gezongen. Er moet dan worden gewerkt aan het nest en de jongen moeten worden gevoerd. Zoals veel zangvogels laten ze veelal alleen in de vroege ochtend aan concurrenten weten dat ze er nog zijn.
De Blauwborst is een bewoner van gevarieerde, natte rietlanden met wilgenopslag. Maar ze broeden ook in de duinen.
Tot de jaren 70 was de Blauwborst in Nederland een zeldzame verschijning. Een vriend van mij is eind jaren zestig nog eens op de brommer naar het Haringvliet gereden om daar de zeldzame blauwborst te kunnen zien! Door toename van geschikte biotopen is de Blauwborst nu redelijk algemeen geworden en op veel plaatsen te horen en te zien. Overal waar riet staat met wilgen ertussen kun je de Blauwborst vinden. In de Zaanstreek zijn het Guisveld, het Wormer- en Jisperveld, maar ook rond de Jagersplas enkele bekende plekken om deze prachtige vogel te zien.
Van eind juli tot september vertrekken de Blauwborsten weer naar hun overwinteringsgebieden op het Iberisch schiereiland en West-Afrika.