In het prachtige tijdschrift ‘Natuurfotografie magazine, 2021 nr.1’ wordt een oude discussie besproken over (natuur)fotografie als kunstvorm kan worden gezien, of niet. Natuurlijk kan dat.
Maar waarom zien we relatief weinig foto’s in musea?
Daarvoor zijn verschillende redenen te noemen.
In de eerste plaats is er het gebrek aan ruimte, ofwel het overschot aan kunstvoorwerpen. De kelders van de musea staan vol met (nog) niet getoonde kunst. Ook is er het streven kunst van elders te lenen om lokale exposities te organiseren. Verder is het aanbod van goede foto’s te groot om enig overzicht te kunnen hebben.
In de tweede plaats zijn verreweg de meeste foto’s een (ambachtelijke) registratie van een stukje werkelijkheid dat niets nieuws aan onze wereld toevoegt. Daar ontbreekt vaak de (esthetische) ontroering die bijvoorbeeld bij veel schilderkunst ontbreekt.
In de derde plaats ontbreekt vaak het inzicht in de bedoeling en/of het gevolgde proces bij het bekijken van foto’s. In de special ‘Blik over de schouder’ bij het eerste nummer van het genoemde tijdschrift wordt wat inzicht gegeven in de totstandkoming van werk van 50 bekende natuurfotografen. Leerzaam, maar eerder een bevestiging van de kwalificatie van fotografie als ambacht dan als kunst.
Natuurlijk zijn veel foto’s als kunst te beschouwen vanwege nieuwe effecten, composities, perspectieven en ongekende technische mogelijkheden. Voor mij persoonlijk geldt nog een criterium. Kan ik deze foto een jaar of langer in mijn woonkamer hangen zonder dat hij gaat vervelen?